Onze eerste trainingsmaand zit erop. Op 15 dagen krijgen we ongeveer 750 kilometer op de teller. De dagafstanden variëren van 33 tot 70 kilometer. We moeten toegeven dat deze trainingsritten echt niet overbodig zijn, de eerste 33 kilometer hebben ons veel meer moeite gekost dan de 70 op het einde van de maand.
Het weer was ons deze maand niet echt welgezind, de zon was bijna nooit van de partij, maar voor de rest hebben we bijna alles meegemaakt. Koud was het bijna altijd, de wind blies dikwijls vrij fors en ook regen- en hagelbuien spaarden ons niet.
Onze enige troost was wel dat we onze conditie dag na dag voelden verbeteren en voor de rest begonnen we het koersjargon beter te begrijpen omdat we het “aan den lijve” ondervonden. Dikke benen en zadelpijn waren nu ook voor ons bekende begrippen.
Een ander pluspunt is ook dat we de omgeving beter leerden kennen, vooral de waterwegen dan. We fietsten op de dijken van de Willebroekse en Leuvense vaart, de Rupel, de Nete, het netekanaal, de Dijle, de Zenne en de Schelde.We namen het veer in Baasrode en Drijgoten. We kwamen in Kastel en Eikevliet maar fietsten ook over de Grote Markt van Antwerpen.
Tijdens het fietsen bespraken we nog wat praktische zaken, wat moet er allemaal mee en hoe? De ene heeft al beslist, nummer twee is er nog niet uit.
In ieder geval kijken we hoe langer hoe meer uit naar 22 juli.